Dieren,
07
november
2017
|
15:28
Europe/Amsterdam

Val op in het donker

De klok staat weer op wintertijd. Dat betekent dat we een groter deel van onze fietsritten in het donker afleggen. Het is om die reden extra belangrijk om met goed werkende fietsverlichting van huis te gaan. Mensen die gebruikmaken van (voldoende) fietsverlichting verlagen het risico op een ongeval in het donker met 17 procent. Dat stelt SWOV.

Fietsverlichting is belangrijk om twee redenen. Enerzijds wil je natuurlijk opvallen en gezien worden. Je zit er immers niet op te wachten dat een autobestuurder je van de sokken rijdt als je met je e-bike of fiets op een rotonde rijdt. Anderzijds wil je natuurlijk zelf goed kunnen zien. Met goed afgestelde fietsverlichting merk je oneffenheden in de weg, gaten, stenen en modderplakkaten gewoonweg veel eerder op. Bovendien zie je hoe de weg loopt. Zeker op landelijke wegen die minder goed verlicht zijn is dat belangrijk.

Onnodige risico’s
Hoe belangrijk goede fietsverlichting ook is, toch hebben lang niet alle fietsers het onderwerp even hoog geagendeerd. Minder dan twee derde (64 procent) van alle fietsers in Nederland rijdt met voor- en achterlicht. Dat blijkt uit onderzoek van RWS. De rest heeft onvoldoende of zelfs helemaal geen verlichting. In de vier grootste steden van het land gaat het er gemiddeld genomen het onveiligst aan toe. Daar is 47 procent van de fietsers niet (goed) verlicht. Het zijn met name jongeren die onnodige risico’s nemen.

Controle
Als je nog geen goede fietsverlichting hebt, ga dan naar de tweewielerzaak. Daar kun je de verlichting laten controleren en repareren. Belangrijk is dat de lampen stevig zijn gemonteerd en zijn afgesteld op je gebruiksdoel. Als je op veelal donkere wegen fietst, kies dan bijvoorbeeld voor krachtig voorlicht van minstens 10 lux. Rijd je uitsluitend in de doorgaans goed verlichte stad, dan volstaat een lichtintensiteit van minimaal 4 lux. Goede verlichting herken je aan het RAI Keurmerk Fietsverlichting.

Wat zijn de regels voor fietsverlichting?

  • Wit of geel licht voor
  • Rood licht achter
  • Lampen moeten recht vooruit of recht achteruit schijnen
  • Lampen mogen niet knipperen
  • Losse (batterij)lampjes mogen vastgemaakt zijn aan een tas of aan kleding
  • Losse (batterij)lampjes mogen alleen bevestigd zijn aan het bovenlichaam (niet op het hoofd, de benen of armen)
Reacties (0)
Het bericht is verzonden, deze zal worden geplaatst na goedkeuring.