Dieren,
28
februari
2016
|
20:48
Europe/Amsterdam

De elektrische fiets wordt zowaar trendy

Niet eens zo lang geleden was de elektrische fiets iets voor - vriendelijk gezegd - niet zo heel dynamische types. Inmiddels verkopen ze als warme broodjes en kun je uit ontelbare modellen kiezen. Het afgelopen weekeinde stonden ze rijklaar op de ‘e-bike Xperience’ in de Utrechtse Jaarbeurs. Een ideale gelegenheid om de trends te bekijken. Onze verslaggever begaf zich incognito tussen de bezoekers op de immense indoortestbaan.

Het moet niet gekker worden. Aan de ene kant van het Utrechtse Jaarbeurs tentoonstellingscomplex vindt met veel gedruis de motorbeurs plaats, terwijl aan de overkant tienduizenden belangstellenden in relatieve rust op de ‘e-bike Xperience’ rondlopen. Inderdaad: met elektrische fietsen in de hoofdrol.

Het calimero-effect? Dacht het niet! Op verschillende, samen kilometerslange, fietstestparcoursen peddelen honderden bezoekers tegelijk door meerdere tentoonstellingshallen heen. Inclusief hindernissen als een gesimuleerde brug en tegenwind. Daarvoor is een enorme ventilator neergezet.

Ik gebruik hem voor plezierritjes, maar ook zowat dagelijks voor boodschappen
Ingrid Veerkamp

Het illustreert meteen hoe de verhoudingen tussen de zware en lichte ‘gemotoriseerde’ tweewielers liggen. Bij de motormuizen draait alles om imago en spektakel, maar met 11.345 verkochte motorfietsen vorig jaar zijn het bepaald geen hoogtijdagen. De big business vind je aan de overkant. In die andere hallen.

Jaarcijfers zijn er nog niet maar bij een Nederlandse fietsfabrikant noteren we een schatting van totaal 210.000 tot 220.000 nieuw verkochte e-bikes in ons landje. Daarvan zijn er pakweg 190.000 via de vakhandel geleverd en de rest via andere kanalen. Veel van de fietsen die we in stands langs de testbaan aantreffen vallen in het segment van 2000 tot 3000 euro. Of meer. Dat heeft een van de motormerken kennelijk ook ontdekt, want Fantic heeft tussen de motoren ook een trendy e-fietsmodel met dikke banden staan dat de belangstellende klant aan de overkant dus ook even kan testen. Met middenmotor, vanzelfsprekend. Zeker bij de wat luxere merken en -modellen heeft die vorm van aandrijving steeds meer de voorkeur van de kopers. Middenmotor mag je dan letterlijk zien, want het elektrische hulpmotortje is op de trapas gemonteerd, tussen je pedalen.

Dat type e-fiets staat dan ook in talloze versies langs de testparcoursen in de Jaarbeurshallen. We treffen er Ingrid Veerkamp, die als ‘ervaringsdeskundige’ laatste indrukken opdoet, voor ze haar Gazelle met voorwielmotor inruilt op een nieuwe met middenmotor. Waarom? „Het was een paar jaar geleden echt een ontdekking. Elektrisch fietsen geeft je veel meer vrijheid. Ik gebruik hem voor plezierritjes, maar ook zowat dagelijks voor boodschappen. Wekelijk ook naar de stad, heen en weer pakweg 16 kilometer. In plaats van de auto eigenlijk. Soms neem ik ook wel een kijkje in steden die 20 of 30 kilometer van huis verwijderd liggen. Met een middenmotorfiets gaat dat allemaal een stukje makkelijk, heb ik gemerkt. Het grootste voordeel is dat je meer kracht voelt, een betere traphulp. Dat is prettig als je tegenwind hebt of een lange brug over moet. Dit type fiets voelt ook stabieler aan.” 
 

Het wordt dus weer een Gazelle, maar dan met een Bosch middenmotor, is haar slotsom.Nog praktische tips? „Let op dat de accu krachtig genoeg is. Dat kost soms wat meer, maar je hebt er plezier van wanneer het bijvoorbeeld waait en je een sterkere ‘boost’-stand kiest. Dan gaat het hard met het stroomverbruik.”

Verder op de beurs rondwandelend wordt duidelijk dat er tussen al die verschillende merken en ontwerpen ook een ‘grote gemene deler’ geldt: toeleverancier Bosch verzorgt bij heel veel fietsen de aandrijving. Een aantal merken heeft zijn eigen krachtbron, maar veel specialisten die we op de beurs spreken zien de Bosch-trend als een logisch. De redenering: als fietsmerk wil je je bezighouden met je core business en dat zijn de fietsen zelf. Bosch is een industriegigant, met name in de autowereld en bijvoorbeeld elektrisch apparaten, en produceert de fietssystemen in geweldige aantallen. Lees: voortdurende vernieuwing en ruimte voor grote investeringen.”

Bij testritten ontdekken we al gauw waar de Duitse hulpmotor zo populair is.Welke fiets daaromheen zit, is eerder een kwestie van smaak. De werking voelt mooi gelijkmatig en verfijnd aan en de elektromotor is niet hinderlijk hoorbaar, zoals dat bij sommige budgetfietsen met goedkopere aandrijving soms wel - en aardig hinderlijk - het geval is.

Het valt op het testparcours al snel op dat er kennelijk ook verschillende Bosch-motoren zijn. Dat blijkt te kloppen en dat verschil zit hem vooral in de trekkracht. Voor de kenners: de ene motor heeft 42 Nm en de andere 60 Nm. Ze heten respectievelijk Active en Performance, waarbij de laatste dus vooral mikt op sportieve gebruikers die ook graag uitdagende tochten in bijvoorbeeld heuvelachtig terrein willen maken. Of die misschien dagelijks in weer en wind naar het werk peddelen.

Naast die gevestigde orde is ook het in de fietswereld vermaarde Shimano snel in opkomst met zijn Shimano Steps middenmotor. We gaan die volgens de insiders de komende jaren in steeds meer fietsen zien, ook van grote Nederlandse merken.

Tijdens een aantal testrondjes door de Jaarbeurshallen blijkt het inderdaad plezierig rijden, het is een net iets stiller en mooi soepel werkend systeem.We rijden hem met een speciaal elektrisch schakelsysteem dat automatisch werkt of naar believen met een drukknopje op het stuur te bedienen is. Leuk, handig, maar met handmatig bedienen lijkt ons ook weinig mis en het is ergerlijk dat elke schakelbeweging meteen met een piepje gepaard gaat.

Tot slot een testrit buiten, met de nieuwe speed e-bike Cityzen Speed. De kracht van de Bosch Performance-motor is daar niet tot 25 kilometer per uur begrensd, zodat je op deze kruising tussen stadsfiets en mountainbike verbluffend makkelijk tussen de 35 en 40 kilometer per uur voortzoeft. Daarboven moet je duidelijk zelf meer werk verzetten om richting de topsnelheid van 45 kilometer per uur te komen. Voor langere woonwerk ritten met zijn tien versnellingen ideaal, lijkt ons. Zo’n derailleur fietst wel zo licht, maar vraagt natuurlijk iets meer onderhoud. Met zijn laaggeplaatste afneembare accu voelt de fiets zeer wendbaar aan en laat hij zich soepel door stadsverkeer laveren. De schijfremmen vragen ook weer wat gewenning. 

Bron: de Limburger, Rob van Ginneken